Met hout bouwen gaat snel. Vijftig procent sneller dan met beton of baksteen. De voorbereiding is daarbij cruciaal: we maken een gedetailleerd 3D-plan, produceren de houtpanelen op maat en frezen er meteen de leidingsleuven in. Vervolgens vervoeren we alle houtcomponenten naar de werf, waar we ze in een mum van tijd tot een ruwbouw monteren. En dan alles laten drogen? Neen, met hout hoeft dat niet. We kunnen meteen overgaan tot de technieken en de afwerking. 
Hout is even stevig, maar wel een pak lichter dan beton, staal en baksteen. Daardoor hoeft de fundering niet zo zwaar te zijn en bespaar je tijd en geld op grondwerken en onderbouw. Bijkomend voordeel: dankzij het beperkte gewicht bouw je op gronden met minder draagkracht en kun je gemakkelijker verdiepingen toevoegen. Ten slotte is de lichtheid van hout ook een zegen voor de natuur, want je hebt veel minder transporten nodig dan met beton of baksteen.
|
De bouwsector gebruikt veel water. Onder meer voor het beton, het metselwerk, de voegen, het plakwerk ... Dat is nefast in de strijd tegen waterschaarste en bovendien veroorzaakt het lange droogtijden na de ruwbouw. Met houtbouw heb je dat probleem niet. Na de ruwbouw kan je meteen de technieken installeren, de ramen en deuren plaatsen en je woning afwerken. Daardoor werk je sneller en respecteer je gemakkelijker de voorziene planning.
|
Hout is sterk, licht en elastisch. Perfect om grote ruimtes te overspannen, zoals lobby's en toonzalen waarbij je steunzuilen wilt vermijden. Daarom zie je vaak houten overspanningen in sporthallen en alsmaar meer in grote zalen, expositieruimtes en lobby's.
|
Beton en staal nemen koude op. Stel dat een betonnen binnenvloer of steunbalk contact maakt met de buitenlucht en de isolatieschil doorbreekt? Dan ontstaat er een koudebrug en verlies je de warmte. Met hout vermijd je onnodig warmteverlies, want hout geleidt niet goed en neemt veel minder kou op. Dat is goed voor je warmtecomfort en je energierekening.